Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Doch het heir der Chaldeen jaagde hen achterna; en zij achterhaalden Zedekia in de vlakke velden van Jericho, en [13]vingen hem, en brachten hem opwaarts tot Nebukadrezar, den koning van Babel, [14]naar Ribla, in het land van Hamath; die sprak [15]oordelen tegen hem uit. 13. Zie van het Hebreeuws woord boven hfdst.36 vs.26, hoewel het hier ook slechtelijk kan worden overgezet: en zij namen hem, enz., doch zulks is in deze zaak zoveel als bij ons: zij vingen hem. 14. Zie 2 Kon.23:33. 15. Of, vonnissen, in het getal van velen, waarvoor 2 Kon.25:6, oordeel, in het getal van enen staat; zie de aantekening aldaar, en vergelijk boven hfdst.1 vs.16, en hfdst.4 vs.12; alzo onder hfdst.52 vs.9.